Weergaven: 11
| Ik krijg de vraag regelmatig: ‘Waarom ben jij wondverpleegkundige in de thuiszorg? Waarom niet in het ziekenhuis, dat is toch veel leuker?’ Nou nee. Ik werk inmiddels al ruim 20 jaar in de thuiszorg na mijn functie op een dynamische (haemo-dialyse) afdeling in het ziekenhuis. Het is ook niet dat ik nooit gevraagd ben om in een ziekenhuis te komen werken, integendeel. Maar ik wil het gewoon niet meer. De hiërarchie en de regeltjes in een ziekenhuis staan me tegen. Het de hele dag binnen zitten lijkt me vreselijk.
En op de een of andere manier is thuiszorg een enorme pure vorm van zorg verlenen. Mijn cliënten voelen zich meer op hun gemak thuis en hebben minder last van het ‘witte jassen’-gevoel. En ik vind het bijzonder dat zij mij toelaten in hun privéleven. Ik ben tenslotte te gast in hun huis en zo gedraag ik me ook, net als visite. Ik ruim ook altijd mijn eigen rommel op, net alsof ik helemaal niet langs ben geweest. En thuis zie je ook meer. Als mijn cliënten naar het ziekenhuis gaan, zijn ze toch een soort van opgepoetst.
Ze laten zich van hun beste kant zien. En regelmatig is er ook weinig tijd om hun verhaal aan te horen. Thuis zie ik de mogelijke rommel, de vervuiling, wat er op tafel en in de koelkast staat, hoe ze het verband-materiaal bewaren, huisdieren, vieze handdoeken, hun rook- en drinkgedrag en andere huisgenoten. Zoveel dingen die van invloed kunnen zijn op hun wondgenezing en leefstijl in het algemeen.
En het leuke is dat je thuis ook creatiever moet zijn. Het is vaak echt pionieren. In het ziekenhuis is er nog wel een stoel die ver omhoog kan om een hiel met decubitus te bekijken, en een kast waar iets van materiaal in ligt waarmee je, in ieder geval, een wondbeleid kan starten. Thuis heb je namelijk helemaal niks. Je hebt ook geen voorzieningen.

NTVW nr. 10 – oktober 2023
Leave a Comment